Kernwaarde (e-)fiets- en OV-verbindingen

Kernwaarde (e-)fiets- en OV-verbindingen

Met goede verbindingen voor de (elektrische) fiets en openbaar vervoer (OV) tussen kernen (wijken, steden, dorpen) is autogebruik veelal onnodig. Een goede OV- en fietsverbinding tussen kernen stimuleert het lopen en fietsen in de nabije omgeving. Minder automobiliteit voorkomt uitstoot en lawaai van gemotoriseerd verkeer met daardoor minder hinder, hart- en vaatziekten, luchtwegaandoeningen en longkanker. Het heeft minder negatieve invloed op het klimaat en draagt ook bij aan een gezonde woonomgeving.

Voorwaarde is wel dat het OV-netwerk goed toegankelijk is voor iedereen, ook ouderen en mensen die minder goed ter been zijn. Om (e-)fiets en OV een alternatief voor dagelijks vervoer over de middellange afstand te laten zijn, moeten zij elkaar goed aanvullen. OV-verbindingen kunnen directer en sneller wanneer er goede fietsvoorzieningen zijn bij haltes en stations, zoals veilige fietsenstallingen, en goed aansluiten op het fietsnetwerk van bijvoorbeeld fietssnelwegen.

Terug naar het kernwaarden overzicht

Bied (e-)fiets infrastructuur

De juiste (e-)fietsinfrastructuur biedt een veilige, comfortabele en snelle route en goede, veilige voorzieningen bij aankomst en/of vertrek.

Advies 1: Maak fietsroutes ook buiten de kernen comfortabel, heel en veilig. Veilig is hierbij zowel fysiek (bijvoorbeeld verkeersveilig) als sociaal (bijvoorbeeld goed verlicht).

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Tour de Force 2020

Advies 2: Creëer waar mogelijk fietssnelwegen waar de maximumsnelheid van (e-)fiets ook benut kan worden met behoud van een veilige situatie voor langzamere verkeersdeelnemers.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Tour de Force 2020, Overzicht snelfietsroutes

Advies 3: Maak kruisingen fietsvriendelijk.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Tour de Force 2020, Amsterdamse beweeglogica

Advies 4: Maak parallelle routes met onderscheidende kwaliteiten: ga voor zowel mooie als snelle fietsroutes.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: CRA fiets

Advies 5: Houd in het ontwerp van doorgaande of drukke fietsroutes rekening met fietsers die een veel hogere snelheid hebben (zoals speed pedelec, wielrenner, getrainde forens) dan de gemiddelde fietser.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: CRA fiets, Tour de Force 2020/2021

Advies 6: Faciliteer en stimuleer goede en veilige fietsenstallingen met oplaadmogelijkheid voor e-fietsen, bij voorzieningen waar veel mensen komen (zoals scholen, ziekenhuizen, werkgevers, winkels, et cetera).

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Tour de Force 2020, Amsterdamse beweeglogica

Advies 7: Creëer Bike & Walk faciliteiten aan de rand van drukke gebieden zoals stadscentra.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: CRA fiets

Advies 8: Kies voor (bromfietsvrije) vrij liggende fietspaden in plaats van fietsstroken, uit oogpunt van verkeersveiligheid en gezondere lucht voor de fietser.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Academische werkplaats – brommers, GGD richtlijn lucht

Advies 9: Faciliteer en stimuleer goede en veilige fietsenstallingen met oplaadmogelijkheid voor e-fietsen, bij voorzieningen waar veel mensen komen (zoals scholen, ziekenhuizen, werkgevers, winkels, et cetera).

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Tour de Force 2020, Amsterdamse beweeglogica

Advies 10: Fietsen en lopen zijn de meest gebruikte vormen van voor- en natransport van het OV. Maak goede koppelingen met het OV-netwerk en bied ook goede fietsvoorzieningen nabij haltes en stations.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Tour de Force 2020, Tour de Force 2020/2021, Amsterdamse beweeglogica

Advies 11: Zet in op het gebruik van de OV-fiets aan de woonzijde van de woon-werk rit (bijvoorbeeld pilot Wisselfiets station Amsterdam Zuid).

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: CRA fiets

Terug naar het kernwaarden overzicht

Bied passende OV-infrastructuur

Passende openbaar vervoer (OV) infrastructuur biedt in ieder geval een voldoende frequente en comfortabele verbinding met voorzieningen buiten de eigen kern. Het gaat hierbij om de dienstregeling, routes en de voorzieningen bij aankomst en vertrek (haltes of stations) van alle soorten OV.

Advies 1: Maak goede koppelingen met het OV-netwerk en onderlinge koppeling tussen verschillende varianten van het OV.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Nu instappen naar 2040

Advies 2: Maak het OV goed toegankelijk voor iedereen, ook voor ouderen, mensen die minder goed ter been zijn, blinden, mensen met kinderwagens, et cetera.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Amsterdamse beweeglogica, Nu instappen naar 2040

Advies 3: Zorg voor een OV-verbinding tussen iedere kern en noodzakelijke voorzieningen (supermarkt, school, huisarts, ziekenhuis) indien die niet in de kern liggen.
Advies 4: Pas de dienstregeling aan op de behoeften van gebruikers en bied actuele reisinformatie voor reizigers. De behoefte kan per seizoen verschillen.
Advies 5: Maak spoorwegovergangen en kruisingen met bus- en trambanen veilig voor wandelaars en fietsers.
Advies 6: Het OV is schoon, heel en veilig.

Terug naar het kernwaarden overzicht

Verbind OV, fiets- en looproutes

Openbaar vervoer (OV) verbindingen kunnen worden “verdikt en gestrekt”. Dat wil zeggen, vaker een verbinding en minder geslinger door kernen, waardoor frequentere en directere verbindingen ontstaan. Haltes en stations moeten goed zijn aangesloten op het fietsnetwerk. Dit vergt ook fietsvoorzieningen als stallingen en oplaadpunten bij de haltes en stations. Aandacht voor ‘the first and last mile’ is noodzakelijk voor OV-gebruik.

Advies 1: Aansluitende loop- en fietsroutes zijn gemakkelijk te vinden.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Kenniscentrum Sport en Bewegen

Advies 2: Zorg voor voldoende, goede en veilige fietsenstallingen nabij treinstations en bushaltes.
Advies 3: Zorg voor oplaadpunten voor elektrische fietsen nabij treinstations en bushaltes.
Advies 4: Maak de OV-fiets (voor de ‘last mile’) beschikbaar bij zoveel mogelijk haltes en stations, in ieder geval bij haltes die op afstand van te bezoeken voorzieningen liggen.
Advies 5: Haltes en stations zijn altijd schoon, heel en veilig. Veilig betekent zowel fysiek, bijvoorbeeld verkeersveilig, als sociaal, bijvoorbeeld goed verlicht en geen hangjongeren.
Advies 6: Bied langs specifieke routes in stations en bij haltes voldoende rustmogelijkheden voor mensen die een slechte(re) conditie hebben.
Advies 7: Overweeg een betere OV-verbinding in het koude, natte en donkere winterseizoen om de rest van het jaar de (e-)fiets een volwaardig alternatief voor langere afstanden te laten zijn.

Advies 8: Gebruik een innovatieve dienstregeling met extra bussen en routes op dagen waarop minder e-fietsers worden verwacht (regen, vorst, eerste en laatste schooldagen et cetera).

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Gezond Ontwerp, Thema groen en water

Terug naar het kernwaarden overzicht

Stimuleer (e-)fiets en OV

Het gebruik van de (e-)fiets in plaats van de auto of het openbaar vervoer (OV), of het OV te gebruiken in plaats van de auto, vraagt een gedragsverandering. De GGD’en hebben veel kennis van en ervaring met gedragsveranderingsprogramma’s en kunnen overheid of initiatiefnemer hierbij ondersteunen.

Advies 1: Bied programma’s die het gebruik van de (e-)fiets stimuleren, zoals gratis uitprobeerweken en een subsidieregeling voor het belonen van fietskilometers via de werkgever.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Kies de fiets

Advies 2: Bied programma’s die het gebruik van het OV stimuleren, zoals OV-probeerkaarten.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Groningen bereikbaar, Twente mobiel

Advies 3: Bied programma’s voor werknemers die het gebruik van het OV stimuleren, zoals een OV-reiskostenvergoeding voor werknemers en het hanteren van flexibele werktijden.

Advies 4: Sluit aan bij lokale of regionale mobiliteitsprogramma’s zoals Twente Mobiel, Groningen Bereikbaar en Ways2Go (Zuid-Holland) of een van de (andere) MaaS (Mobility as a Service) pilots.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Twente mobiel, Groningen bereikbaar

Advies 5: Werkgevers die zich in willen spannen om meer medewerkers op de fiets te krijgen, kunnen terecht bij het stimuleringsprogramma Kies de Fiets van het ministerie van I&W.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Kies de fiets

Terug naar het kernwaarden overzicht

(E-)fiets en OV in eigen organisatie

In de eigen organisatie (GGD’en, gemeente, andere overheid) zijn er ook keuzes die te maken hebben met (e-)fiets en het openbaar vervoer (OV). Practice what you preach en geef het goede voorbeeld!

Advies 1: Bied elektrische dienstfietsen voor dienstreizen van circa 7,5 – 15 km en een OV-businesskaart voor dienstreizen verder dan 15 km. Beperk het gebruik van dienstauto’s tot beschreven uitzonderingssituaties en maak het gebruik van de eigen auto voor dienstreizen niet declarabel.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Tour de Force 2020

Advies 2: Maak in het eigen wagenpark en aanbestedingen (fossiel) gemotoriseerd verkeer een uitzondering. Sta alleen elektrische dienstauto’s toe, gebruik deze alleen in beschreven uitzonderingssituaties en hanteer een strikte uitzonderingslijst voor toegestane (fossiel) gemotoriseerde diensten (en een lijst met elektrische alternatieven).
Advies 3: Stimuleer het gebruik van OV voor woon-werkverkeer bij afstanden groter dan 15 km door een goede vergoeding en/of OV-kaart.
Advies 4: Ontmoedig autogebruik voor woon-werkverkeer, bied geen vergoeding of voorzieningen (zoals parkeerplaatsen).

Terug naar het kernwaarden overzicht

Bevorder participatie

Infrastructuur en voorzieningen worden alleen goed gebruikt als deze aansluiten op de behoeften van gebruikers. Dat kan door middel van een goed proces met burgerparticipatie. Burgerparticipatie betekent dat bewoners actief meedoen bij de planning, ontwikkeling, uitvoering, beheer en/of evaluatie van beleid, infrastructuur en voorzieningen. Vroegtijdig samenwerken vergroot de kwaliteit van oplossingen en zorgt ervoor dat verschillende perspectieven, kennis en creativiteit direct op tafel komen.

Participatie is gebaseerd op vertrouwen, zowel van professionals in burgers als omgekeerd. Er zijn verschillende niveaus van participatie mogelijk, van informeren, raadplegen en adviseren tot coproduceren of meebeslissen. Het doel van het inzetten van de bewonersparticipatie bepaalt mede de methode

Advies 1: Maak vooraf afspraken met elkaar over het doel van participatie en de bijbehorende randvoorwaarden. Doorloop daarvoor bijvoorbeeld het stappenplan in de ‘handreiking bewonersparticipatie bij de inrichting van een gezonde leefomgeving’.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: RIVM handreiking bewonersparticipatie, Inspiratiegids participatie, Loket Gezond leven

Advies 2: Bepaal de geschikte methode(s) van bewonersparticipatie. Doorloop daarvoor bijvoorbeeld het stappenplan in de ‘handreiking bewonersparticipatie bij de inrichting van een gezonde leefomgeving’.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: RIVM handreiking bewonersparticipatie, Inspiratiegids participatie

Advies 3: Heb aandacht voor representativiteit en afspiegeling van de burgers die het aangaat en zij die meedoen in het participatieproces.

▶ Meer informatie en/of voorbeelden: Pharos

Advies 4: Monitor geregeld de tevredenheid van gebruikers van infrastructuur, voorzieningen en het openbaar vervoer. Vraag actief wat goed is en wat beter kan.

Terug naar het kernwaarden overzicht