“Als ik mijn werk moet uitleggen aan familie of vrienden zeg ik altijd dat ik onderzoeker ben binnen de infectieziektebestrijding van GGD Flevoland. Dan vragen ze of ik de hele dag in een laboratorium zit, maar dat is dus niet zo. Sommige collega’s denken wel eens dat een epidemioloog een statisticus is, die zich enkel en alleen met cijfers bezighoudt. Ook dat is niet het geval. Als academisch opgeleide onderzoekers doen we meer dan dat. De investeringen vanuit het programma VIP dragen bij aan een beter beeld van onze toegevoegde waarde. Niet alleen binnen het RIVM en de grotere GGD’en, maar juist ook bij de wat kleinere vestigingen kunnen we een relevante bijdrage leveren.”
Maatschappelijk relevant
Door corona en mpox is het vak van epidemioloog de afgelopen jaren bij het grote publiek steeds zichtbaarder geworden. Joeri vertelt: “Mijn vak is dagelijks relevant, er speelt altijd wel iets. Als infectieziekte-epidemioloog heb je te maken met nieuwe virusvarianten en diverse infectieziekten, die soms heel snel opkomen. Denk bijvoorbeeld aan een uitbraak van de vogelgriep. Dat heeft directe impact op onze samenleving. Andere voorbeelden zijn antimicrobiële resistentie en nieuwe vaccins, die ontwikkeld worden. Dat maakt mijn werk dynamisch, divers en van belang voor de maatschappij.”
Vanuit het programma VIP is er onder andere meer geld vrijgekomen voor GGD’en om een infectieziekte-epidemioloog aan te nemen. Joeri is bij GGD Flevoland de eerste epidemioloog die volledig deel uitmaakt van het team dat zich specifiek bezighoudt met infectieziektebestrijding. “Zo ben ik onder meer bezig met het verbeteren van de surveillance. Dat is het monitoren van signalen van infectieziekten, maar ik focus me ook op het stroomlijnen van uitbraakonderzoek. Eind juni hadden we bijvoorbeeld een melding van een uitbraak van maagdarmproblemen op een basisschool. Samen met het team Infectieziektebestrijding doe ik dan onderzoek naar mogelijke besmettingsbronnen en hoe die het beste aangepakt kunnen worden.”
“Zo’n melding komt doorgaans binnen bij een van de verpleegkundigen. Zij vragen de situatie al heel goed uit: welke kinderen zijn ziek geworden, waar zijn ze geweest, hoe kan dit veroorzaakt zijn? Met mijn komst als epidemioloog zijn de lijnen tussen de afdelingen Onderzoek en Infectieziektebestrijding korter geworden en kunnen we nog sneller handelen. In dit specifieke geval hebben we meteen een aanvullende vragenlijst opgesteld en ouders gevraagd om monsters van de ontlasting, zodat we die snel konden analyseren. Zo kunnen we de school adviseren wat te doen, moeten ze bijvoorbeeld bepaalde voedselproducten vernietigen of is het te verhelpen met enkele hygiënische basisadviezen?”
Betere samenwerking
“Samen met mijn collega’s werk ik dagelijks aan de volksgezondheid. Dat betekent dat we elke dag weer dicht bij de ontwikkelingen in de maatschappij staan. Daar zijn wij ons als zorgprofessionals erg van bewust als we adviezen geven en maatregelen voorstellen.”
“Ik ben nu druk bezig met het verbeteren van het surveillancesysteem van infectieziektemeldingen in Flevoland. Ik kijk naar het in kaart brengen van meldingen: hoe worden die nu geregistreerd en waar kan dat beter? Daarvoor overleg ik veel met onze artsen en verpleegkundigen over wat voor hen praktisch is om te registreren. Met de dataspecialisten stem ik daarbij af over de ontwikkeling van een intern dashboard. Ook vindt er regelmatig bovenregionaal en landelijk overleg plaats met andere GGD’en want infectieziekten stoppen uiteraard niet precies op de provinciegrens van Flevoland. Vanuit het programma VIP gaat veel aandacht uit naar meer en betere samenwerking.”
Joeri is een echte onderzoeker. Hij vertelt enthousiast over het oplossen van complexe vraagstukken door zijn data-analyses: “Onlangs waren er, ook landelijk, vrij veel meldingen van shigella, een besmettelijke darmbacterie. Dan krijg ik de vraag van onze artsen en verpleegkundigen om uit te zoeken waar deze meldingen vandaan komen en of ze wellicht iets met elkaar te maken hebben. Ik kijk daarbij naar de beschikbaarheid van historische data en help eventueel bij het opzetten van nieuwe onderzoeken. Ik kan mijn collega’s dan echt van dienst zijn. Dat vind ik prettig.”
Ambitieus toekomstbeeld
“Wat mijn werk bij GGD Flevoland interessant maakt is dat ik me mag bezighouden met infectieziekten over de volle breedte. Ik werk niet alleen bij de afdeling Infectieziektebestrijding, maar bijvoorbeeld ook bij de afdeling Reizigersadvies- en vaccinatie en het Centrum voor Seksuele Gezondheid. Bij de grotere GGD’en is dat veelal gescheiden, maar hier ben ik bij alles betrokken. Dat is erg leerzaam.”
“Pandemische paraatheid is van groot belang voor ons land. Door corona is iedereen daar wel van doordrongen geraakt.”, vervolgt Joeri. “In Nederland maar ook internationaal zie je een dalende vaccinatiegraad voor bepaalde ziekten waartegen gevaccineerd wordt vanuit het Rijksvaccinatieprogramma. Mogelijk is het vertrouwen daarin niet meer zo vanzelfsprekend als voorheen. Dat zijn wel zaken, waar de GGD’en en het RIVM goed zicht op moeten houden om te voorkomen dat we weer uitbraken krijgen van infectieziekten, die we al lange tijd grotendeels onder controle hebben, zoals de mazelen of meningokokken.”
“Als ik een ideaal toekomstbeeld mag schetsen, dan hoop ik in het eerste jaar van het programma VIP het surveillanceprogramma nog beter op orde te hebben in onze eigen regio. Dat is nodig om de juiste analyses en onderzoeken los te kunnen laten op de infectie-ziektelast. In 2024, het tweede jaar van het programma VIP, staat de bovenregionale samenwerking voorop. Ik hoop dat we daarna ook landelijk kunnen doorpakken.”