GGD GHOR Nederland blij met toezegging publieke vaccinatievoorziening

GGD GHOR Nederland blij met toezegging publieke vaccinatievoorziening

NieuwsVaccineren

Staatssecretaris Van Ooijen heeft het principebesluit genomen om een publieke vaccinatievoorziening voor volwassenen bij de GGD’en te beleggen. Aanleiding hiervoor is een verkenning, uitgevoerd door de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving (RVS) naar de toekomstbestendigheid van het vaccinatiestelsel. Hieruit blijkt dat het huidige systeem erg complex is. Die complexiteit wordt veroorzaakt door het naast elkaar bestaan van verschillende uitvoerders en de daarbij horende taken, bevoegdheden, uitvoeringsmechanismen en juridische kaders.

Vaccineren is één van de meest efficiënte, bewezen effectieve en succesvolle interventies in de (publieke) gezondheidszorg. GGD GHOR Nederland juicht de stappen die gezet worden om te komen tot een publieke vaccinatievoorziening bij de GGD’en toe.

Toekomstbestendig vaccinatiestelsel

Een publieke vaccinatievoorziening bij de GGD’en draagt bij aan een vereenvoudiging van de uitvoering van vaccinaties. De GGD’en worden zo eerste contactpunt voor burgers en professionals met betrekking tot vaccineren, wat goed aansluit bij hun belangrijke voorlichtende rol waar het gaat om gezondheidsbescherming en -bevordering in de regio.
Vervolgens zijn de GGD’en bij uitstek geschikt om deze taak uit te voeren door hun expertise, laagdrempelige bereikbaarheid in de regio’s en de jarenlange ervaring in de uitvoering van het Rijksvaccinatieprogramma en het zetten van de coronavaccinaties.

GGD’en zijn bovendien gespecialiseerd in het bereiken van moeilijk bereikbare doelgroepen om zo gezondheidsverschillen te verkleinen. Voor samenwerkingspartners in de regio zijn zij een belangrijke kennispartner. De plannen voor de vaccinatievoorziening moeten eerst uitgewerkt worden. Daarna wordt duidelijk wat dit betekent voor de Nederlandse bevolking.

Lees meer over ons idee over de vaccinatievoorziening in het blog van onze directeur Ton Coenen. En lees over het principebesluit van staatssecretaris Van Ooijen en de Kamerbrief.