Prinsjesdag 2025: tijdelijkheid blijft troef

Prinsjesdag 2025: tijdelijkheid blijft troef

Nieuws

De volksgezondheid staat onder druk, de economische kosten voor ongezondheid zijn hoog en de gezondheidsverschillen in Nederland nemen toe. Goed om te zien dat ook het kabinet de noodzaak ziet van de beweging van zorg naar gezondheid en preventie. GGD en GHOR zijn de vanzelfsprekende partner om deze beweging te maken. Zij snakken echter naar langetermijnvisie met structurele financiering. Toch valt ook in deze miljoenennota op, dat structurele financiering van de goede ambities ontbreekt of zelfs wordt afgebouwd. André Rouvoet, voorzitter GGD GHOR Nederland: “Het blijft vaak pleisters plakken terwijl voorkomen toch echt beter is dan genezen. Laat 2026 geen verloren jaar voor onze gezondheid worden”.

Het Kabinet ziet dat preventie nodig is om ziekte en zorg te voorkomen. In de Samenhangende Preventiestrategie staat beschreven hoe men wil komen tot een gezonde generatie in 2040. Zo werkt het Kabinet onder meer aan een structurele implementatie van de aanpak Kansrijke Start op landelijk, lokaal en regionaal niveau. De GGD’en hebben een belangrijke rol in de gezondheid van de jeugd maar het is goed dat het kabinet ook wijst op het belang van gezondheid in ook andere beleidsterreinen, zoals zorgen voor gezonde voeding om overgewicht tegen te gaan, en zorgen voor een gezonde leefomgeving. Zeker wanneer het gaat om het terugdringen van gezondheidsachterstanden, is bredere aandacht nodig, zoals blijkt uit de interdepartementale beleidsagenda ‘gezondheid in alle beleidsdomeinen’. GGD GHOR Nederland wijst op de noodzaak om snel met deze uitdagingen in de praktijk aan de slag te gaan.

Klaar voor gezondheidscrises

De GGD’en werken er hard aan om met een stevige infectieziektebestrijding klaar te zijn voor gezondheidsdreigingen zoals een volgende pandemie. Deze pandemische paraatheid geeft echter aanleiding tot bezorgdheid. André Rouvoet: “In de miljoenennota staat dat het demissionaire kabinet – rekening houdend met uiteenlopende dreigingen waaronder militaire dreigingen, overstromingen en een pandemie – inzet op een weerbare maatschappij. Dat klinkt goed. Maar het voelt wrang en onbegrijpelijk dat er vijf regels verderop staat dat conform het Hoofdlijnenakkoord de beschikbare middelen voor pandemische paraatheid geleidelijk afgebouwd worden tot nul in 2029”. Zorgelijk blijft dus dat er, ondanks enkele reparaties, geen structureel geld is voor de gezondheid tijdens een pandemie.

Aan de slag met de dalende vaccinatiegraad

Ook dalende vaccinatiegraad vraagt om stevig ingrijpen. Verschillende GGD’en hebben met extra financiële middelen laten zien dat met een wijkgerichte aanpak de vaccinatiegraad kan stijgen. Ondanks bewezen succes wordt er niet gekozen om meteen landelijk te investeren in het laten stijgen van de vaccinatiegraad. Dit vraagt expertise, financiële ruimte en tijd. We hebben in Nederland de GGD’en die niet alleen de prik zetten, maar ook de kennis en het lokale netwerk hebben om het verschil te maken in de vaccinatiegraad.

Van zorg naar gezondheid

Gezondheid is de basis voor een weerbare samenleving die allerhande uitdagingen het hoofd kan bieden. Niet alleen omdat gezonde mensen weerbaarder zijn tijdens een crisis, maar ook omdat de acute zorg ten tijde van crisis door moet gaan (GHOR-taken). De kern van wat GGD en GHOR doen, is voorkomen dat mensen onnodig ziek zijn, onnodig zorg nodig hebben. En die beweging van zorg naar gezondheid moet richtinggevend zijn voor de toekomst. De ondertekening van het Aanvullend Zorg en Welzijnsakkoord (AZWA) vormt een mooie stap in de goede richting, maar we zijn er nog niet. Laten we daar snel voortgang in maken.