De GGD’en en de bestrijding van het apenpokkenvirus (monkeypox)

De GGD’en en de bestrijding van het apenpokkenvirus (monkeypox)

NieuwsVeiligheid

Op 20 mei zijn ook in Nederland de eerste besmettingen met het apenpokkenvirus (monkeypox) bevestigd. De ziekte is inmiddels door het ministerie van VWS aangemerkt als A-ziekte. Dat betekent dat artsen, laboratoria en andere behandelaren nieuwe besmettingen of vermoedens daarvan direct moeten melden bij de GGD.

Zo kan het RIVM de verspreiding van het virus in de gaten houden zodat passende maatregelen ter voorkoming van verdere verspreiding genomen kunnen worden.

Rol van GGD’en bij het apenpokkenvirus

In de bestrijding van een virus met een A-status, zoals het apenpokkenvirus, hebben de GGD’en een vaste rol. Nadat de GGD’en van artsen of laboratoria een melding van een besmetting met het virus hebben ontvangen, informeren zij hierover het RIVM en starten de GGD’en met bron- en contactonderzoek. Dit is een standaardproces bij een meldingsplichtige infectieziekte zoals bijvoorbeeld mazelen of legionellose en hoort dus bij de vaste werkzaamheden van de GGD’en.

Aanpak bestrijding

Richtlijnen voor eventuele maatregelen als quarantaine, isolatie, testen en vaccineren worden door het RIVM en het ministerie van VWS bepaald. De GGD’en voeren deze richtlijnen uit.  Meer informatie hierover staat op de website van het RIVM.

Belangrijk om te weten is dat mensen niet zelf de pokkenvaccinatie aan kunnen vragen. Alleen mensen die een grote kans hebben om de ziekte te krijgen krijgen de vaccinatie aangeboden. Als iemand vermoedt monkeypox te hebben, dan raden wij aan contact op te nemen met huisarts of met een soapoli.

Meer informatie over het virus is te vinden op de website van het RIVM en rijksoverheid.nl. De antwoorden op de meest-gestelde vragen over dit virus zijn te vinden op deze webpagina van het RIVM.