Toekomstverkenning bevestigt belang preventie27 november 2024
De uitdagingen die RIVM beschrijft in de VTV-2024 bevestigen het belang van preventie om inwoners van Nederland gezond te houden.
Lees meerLuchtverontreiniging is een belangrijke oorzaak van ziekte en sterfte in Nederland, ook al wordt door veel overheden en bedrijven hard gewerkt aan gezondere lucht. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) roept op de luchtkwaliteit overal verder te verbeteren, omdat iedere verbetering leidt tot gezondheidswinst. De GGD’en pleiten daarom voor extra inzetten op gezonde lucht, door iedereen en overal. Zij roepen alle gemeenten op zich aan te sluiten bij het Schone Lucht Akkoord.
De luchtkwaliteit in Nederland is de afgelopen jaren verbeterd, maar veroorzaakt nog steeds veel schade aan de gezondheid en vroegtijdige sterfte. Luchtverontreiniging veroorzaak en verergert aandoeningen aan luchtwegen en longen (inclusief longkanker) en aandoeningen aan hart en bloedvaten. Zo is 1 op de 6 beroertes die in Nederland voorkomen toe te schrijven aan luchtverontreiniging (zie infographic). Iedereen kan ziek worden maar kinderen, ouderen en mensen met luchtweg- of hart- en vaataandoeningen zijn extra gevoelig en lopen een hoger risico. Blootstelling aan luchtverontreiniging veroorzaakt ook vroegtijdige sterfte.
Om in te zoomen op deze infographic, klikt u op deze link (klik hier).
Het RIVM berekende in 2018 dat luchtverontreiniging behoort tot een van de belangrijkste risicofactoren voor de gezondheid, namelijk 4% van de ziektelast. Na roken (9%) behoort luchtverontreiniging daarmee tot één van de belangrijkste risicofactoren, in dezelfde orde van grootte als overgewicht (klik hier voor meer informatie).
Volgens de recente inzichten van de WHO is de ziektelast eigenlijk nog groter, omdat deze effecten ook optreden bij zeer lage blootstellingen. Deze grote gezondheidsschade door luchtverontreiniging in Nederland treedt op terwijl de luchtkwaliteit bijna overal aan de wettelijke normen voldoet. Dit komt doordat luchtverontreiniging overal is en iedereen, levenslang, vervuilde lucht inademt.
De GGD’en pleiten voor extra inzetten op gezonde lucht: werk aan een luchtkwaliteit die minimaal voldoet aan de advieswaarden van de Wereldgezondheidsorganisatie, en zet in op continue verbetering. De wettelijke normen voor luchtverontreiniging in Nederland zijn hoger dan de advieswaarden van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). In 2021 heeft de WHO deze advieswaarden bovendien fors aangescherpt.
De grote hoeveelheid aan onderzoeken uit de afgelopen vijftien jaar laten zien hoe serieus en veelomvattend de gezondheidseffecten van luchtverontreiniging zijn. Onderzoek in de laatste jaren heeft bovendien aangetoond dat deze effecten ook optreden op plekken met relatief (zeer) schone lucht. Een belangrijke boodschap van de WHO in aanvulling op de advieswaarden is dan ook dat iedere reductie van luchtverontreiniging tot gezondheidswinst zal leiden, zelfs op plekken met relatief schone lucht.
Het verbeteren van de luchtkwaliteit kan alleen wanneer het wordt gezien en opgepakt als een gezamenlijke verantwoordelijkheid van overheden, professionals, bedrijven en burgers. Begin 2020 is daarom het Schone Lucht Akkoord gesloten tussen Rijk, provincies en een groeiend aantal gemeenten. Het doel van dit akkoord is om de luchtkwaliteit in Nederland permanent te verbeteren. De deelnemers streven samen naar een gezondheidswinst van minimaal 50 procent in 2030 ten opzichte van 2016. Om dit te bereiken zijn extra maatregelen nodig. De aanpak richt zich op de uitstoot van binnenlandse bronnen.
Om in te zoomen klikt u op deze link (klik hier). Dezelfde infographic, maar dan over ‘fijnstof PM10’ vindt u hier. De infographic over ‘Stikstofdioxide (NO2)’ is via deze link te vinden.
De GGD’en dragen met expertise en ervaring bij aan verschillende themagroepen van het Schone Lucht Akkoord. Zij maken zich hard voor extra inzetten op maatregelen om gezamenlijk de luchtkwaliteit, en daarmee de gezondheid van inwoners, verder te verbeteren.
GGD’en adviseren hun gemeenten bij het schoner en gezonder maken van de lucht. Hierbij verbinden zij het luchtkwaliteitsbeleid (Schone Lucht Akkoord, stikstofdossier) met ontwikkelingen zoals het klimaatbeleid en het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA). Ook in het lokaal gemeentelijk beleid zijn er vaak vele meekoppelkansen (zie de infographic).
Informatie over luchtkwaliteit en uw eigen gezondheid leest via GGD Leefomgeving.
GGD’en adviseren hun gemeenten op maat, rekening houdend met de specifieke lokale context. Hierbij baseren de GGD’en zich op de Richtlijn Luchtkwaliteit en Gezondheid, met daarin de volgende uitgangspunten:
1. Neem maatregelen om de luchtkwaliteit te verbeteren, ook onder de norm
Er wordt vaak gedacht dat de gezondheid voldoende beschermd is als aan de wettelijke normen voor luchtkwaliteit is voldaan. Dat klopt niet. Elke verbetering van de luchtkwaliteit betekent gezondheidswinst. De GGD vindt het daarom belangrijk om te blijven werken aan een verbetering van de luchtkwaliteit, ook nu vrijwel overal in Nederland wordt voldaan aan de wettelijke normen.
GGD-adviseert: Neem maatregelen om de luchtkwaliteit te verbeteren, ook onder de norm
2. Een betere luchtkwaliteit is een gezamenlijke verantwoordelijkheid
Voor het verbeteren van de luchtkwaliteit zijn zowel lokale, regionale, nationale als internationale maatregelen nodig. Overheden en andere partijen moeten daarom samenwerken en niet naar elkaar wijzen. Daarnaast is het belangrijk dat ook burgers hun steentje bijdragen, bijvoorbeeld door vaker de auto te laten staan en geen of minder hout te stoken. De GGD vindt het belangrijk dat iedereen zijn verantwoordelijkheid neemt bij het werken aan een betere luchtkwaliteit.
GGD-adviseert: Een betere luchtkwaliteit is een gezamenlijke verantwoordelijkheid
3. Neem de meest effectieve maatregelen voor een gezonde luchtkwaliteit
Welke maatregelen effectief zijn, is afhankelijk van de lokale situatie. Er wordt onderscheid gemaakt tussen bronmaatregelen, overdrachtsmaatregelen en maatregelen bij de ontvanger. Bronmaatregelen zoals het instellen van een milieuzone of het beperken van de emissie uit een stal, zijn altijd effectief en hebben daarom gezondheidskundig de voorkeur. Zowel overdrachtsmaatregelen als maatregelen bij de ontvanger kunnen in bepaalde situaties tot verbetering leiden maar soms ook juist niet, er is niet universeel te zeggen of ze voor de gezondheid een goede of slechte keuze zijn.
GGD-adviseert: Neem de meest effectieve maatregel voor een gezonde luchtkwaliteit
4. Gevoelige bestemmingen op afstand van drukke wegen en veehouderijen
Gezondheidsrisico’s van omwonenden nemen toe naarmate de afstand tot de weg kleiner is, ook wanneer de luchtkwaliteit aan de Europese grenswaarden voldoet. Woningen en voorzieningen waar kinderen, ouderen, zwangere vrouwen of mensen met een zwakke gezondheid langdurig verblijven moeten daarom op ruime afstand van drukke wegen worden gerealiseerd.
De GGD’en adviseren te streven naar een zo goed mogelijke luchtkwaliteit om daarmee de gezondheid te beschermen. Om hooggevoelige groepen te beschermen tegen de extra gezondheidsrisico’s door de uitstoot van verkeer, adviseren de GGD’en:
N.B. Ook de luchtkwaliteit nabij veehouderijen geeft gezondheidsrisico’s. In de GGD Richtlijn Veehouderij en Gezondheid staan afstandsadviezen voor gevoelige bestemmingen in de nabijheid van veehouderijen.
GGD-adviseert: Gevoelige bestemmingen op afstand van drukke wegen.
Stikstofverbindingen geven naast schade aan natuur ook schade aan de gezondheid. Dat komt doordat zij in belangrijke mate bijdragen aan de vorming van (secundair) fijnstof, de belangrijkste veroorzaker van de gezondheidseffecten van luchtverontreiniging. Het terugdringen van de stikstofemissie en –depositie ten behoeve van de natuur draagt daardoor ook bij aan gezondere lucht in heel Nederland (meer informatie).
Om in te zoomen op deze infographic, klikt u op deze link (klik hier).
De belangrijkste stikstofverbindingen in de lucht zijn stikstofoxiden en ammoniak. Stikstofoxiden (NOx), waaronder stikstofdioxide (NO2), komen vooral in de lucht door het verkeer (uitlaatgassen) en de industrie. Ammoniak (NH3) komt vooral vrij uit de mest en urine van dieren. Velen gebruiken kortweg het woord ‘stikstof’ als het over deze verbindingen gaat.
De uitdagingen die RIVM beschrijft in de VTV-2024 bevestigen het belang van preventie om inwoners van Nederland gezond te houden.
Lees meerGezondheidsorganisaties en experts uiten grote zorgen over de bezuinigingen van het kabinet Schoof op preventie en de impact hiervan op de volksgezondheid. ...
Lees meerGGD GHOR Nederland benadrukt de urgentie van rookpreventie en (passende) ondersteuning bij stoppen met roken, naar aanleiding van recente cijfers van het ...
Lees meer