Adviezen leefomgevingsfactoren

Adviezen leefomgevingsfactoren

Gezondheid

Veel factoren beïnvloeden de leefomgeving en de mate waarin de leefomgeving gezond en veilig is. Over een aantal factoren, zoals klimaat, luchtverontreiniging, veehouderij, houtrook, lood in waterleidingen, PFAS, asbest, omgevingsgeluid en windturbines, geven wij een gezondheidsadvies (zie het navigatiemenu).

Klimaat

Klimaatverandering groot gezondheidsrisico
Het klimaat verandert. Klimaatverandering heeft een grote impact op de gezondheid. Er komen meer hittegolven, meer infectieziekten, meer allergenen en de blootstelling aan UV-straling wordt hoger. Om gezondheidseffecten tegen te gaan, is het van belang om zowel maatregelen te nemen om ons aan te passen aan het klimaat, als maatregelen te nemen om verdere klimaatverandering tegen te gaan. De GGD’en adviseren gezondheid expliciet mee te nemen in maatregelen en beleid. Ook adviseren ze meer in te zetten op gezondheid bij deze klimaatmaatregelen.

Veranderend klimaat

Het klimaat verandert wereldwijd. Ook in Nederland komen door klimaatverandering meer periodes van extreme hitte, extreme droogte en hevige regenbuien voor. Ook wordt de kans op overstromingen groter. De komende decennia worden deze gevolgen van klimaatverandering al groter.

Gezondheidsrisico’s van klimaatverandering

De gezondheidsimpact van klimaatverandering is groot. Hittegolven komen steeds vaker voor en hierdoor zullen meer mensen ziek worden, in het ziekenhuis worden opgenomen en zelfs overlijden. Door hogere temperaturen en vaker extreme neerslag, komen bepaalde typen infectieziekten vaker voor. Het betreft vooral infectieziekten overgedragen via water, voedsel, muggen en teken. Mensen met hooikoorts zullen meer en langer last hebben van pollen, omdat het pollenseizoen langer en heviger wordt. Ook de blootstelling aan UV-straling gaat toenemen door klimaatverandering, waardoor er nog meer huidkanker en staar zal ontstaan.

Advies van de GGD’en
De GGD’en adviseren om meer maatregelen te nemen om gezondheidseffecten door klimaatverandering tegen te gaan. De GGD’en denken graag met gemeenten mee welke maatregelen zij kunnen nemen om de toenemende risico’s van onder meer hitte, allergenen, infectieziekten en UV-straling tegen te gaan. Daarnaast adviseren de GGD’en ook bij maatregelen gericht op het tegengaan van de uitstoot van broeikasgassen gezondheid expliciet mee te nemen in alle afwegingen.

Klimaatadaptatie
Het nemen van maatregelen om ons aan te passen aan het veranderende klimaat heet klimaatadaptatie. Klimaatadaptatie is belangrijk om gezondheidsrisico’s door klimaatverandering tegen te gaan. Denk hierbij aan maatregelen om te zorgen dat woningen minder opwarmen en er meer aandacht is voor kwetsbare groepen tijdens hittegolven. Maar ook aan meer schaduwplekken om blootstelling aan UV-straling te beperken.

Om hitte te beperken wordt er ingezet op meer ‘groen’ en om wateroverlast tegen te gaan worden ‘blauwe’ (water gerelateerde) maatregelen genomen. Bij groene en blauwe klimaatadaptatie is het belangrijk om mogelijke ongewenste gezondheidseffecten, door toegenomen blootstelling aan allergenen en ziekteverwekkers, zo veel mogelijk te voorkomen. Bijvoorbeeld maatregelen ter preventie van tekenbeten of contact met ziekteverwekkers in water, zoals blauwalgen en bacteriën.

Klimaatmitigatie

Het nemen van maatregelen om de uitstoot van broeikasgassen tegen te gaan valt onder klimaatmitigatie. Dat is van groot belang voor het tegengaan van verdere klimaatverandering. Door klimaatmaatregelen wordt ook gezondheidswinst geboekt, aangezien gezondheidseffecten van klimaatverandering worden verminderd. Veel klimaatmaatregelen hebben direct een positief effect op de gezondheid: zo zullen de meeste maatregelen op het gebied van mobiliteit, die bijdragen aan minder CO2-uitstoot, gunstige gevolgen hebben voor de gezondheid door minder uitstoot van uitlaatgassen. Er zijn echter ook klimaatmaatregelen die negatieve gevolgen kunnen hebben voor de gezondheid. Denk aan de geluidsoverlast die windmolens met zich meebrengen voor de direct omwonenden.

Veel factoren beïnvloeden de leefomgeving en de mate waarin de leefomgeving gezond en veilig is. Over een aantal factoren, zoals klimaat, luchtverontreiniging, veehouderij, houtrook, lood in waterleidingen, PFAS, asbest, omgevingsgeluid en windturbines, geven wij een gezondheidsadvies (zie het navigatiemenu).

Luchtverontreiniging

Luchtverontreiniging is een belangrijke oorzaak van ziekte en sterfte in Nederland, ook al wordt door veel overheden en bedrijven hard gewerkt aan gezondere lucht. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) roept op de luchtkwaliteit overal verder te verbeteren, omdat iedere verbetering leidt tot gezondheidswinst. De GGD’en pleiten daarom voor extra inzetten op gezonde lucht, door iedereen en overal. Zij roepen alle gemeenten op zich aan te sluiten bij het Schone Lucht Akkoord.

Lees hier meer informatie

Veel factoren beïnvloeden de leefomgeving en de mate waarin de leefomgeving gezond en veilig is. Over een aantal factoren, zoals klimaat, luchtverontreiniging, veehouderij, houtrook, lood in waterleidingen, PFAS, asbest, omgevingsgeluid en windturbines, geven wij een gezondheidsadvies (zie het navigatiemenu).

Houtrook

Rook is ongezond, ook houtrook. GGD’en pleiten daarom voor verregaande reductie van houtrook, want het zorgt voor gezondheidsklachten en overlast bij omwonenden. Gemeenten en Rijksoverheid dienen maatregelen te nemen ter preventie. Deze maatregelen moeten worden ondersteund met behulp van voorlichting.

Lees hier meer informatie

Veel factoren beïnvloeden de leefomgeving en de mate waarin de leefomgeving gezond en veilig is. Over een aantal factoren, zoals klimaat, luchtverontreiniging, veehouderij, houtrook, lood in waterleidingen, PFAS, asbest, omgevingsgeluid en windturbines, geven wij een gezondheidsadvies (zie het navigatiemenu).

Veehouderij

In Nederland wonen we, afhankelijk van de regio, in meer of mindere mate dichtbij veehouderijbedrijven. De afgelopen jaren zagen we dat de omvang van deze bedrijven veelal toenam, terwijl het aantal bedrijven afnam. Daarnaast werden we in de laatste decennia geconfronteerd met enkele uitbraken van dierziekten, zoals de vogelgriep en de Q-koorts. Deze ontwikkelingen leidden ertoe dat er meer aandacht is gekomen voor de relatie tussen veehouderij en de gezondheid van omwonenden.

Lees hier meer informatie

Veel factoren beïnvloeden de leefomgeving en de mate waarin de leefomgeving gezond en veilig is. Over een aantal factoren, zoals klimaat, luchtverontreiniging, veehouderij, houtrook, lood in waterleidingen, PFAS, asbest, omgevingsgeluid en windturbines, geven wij een gezondheidsadvies (zie het navigatiemenu).

Omgevingsgeluid

Geluid in de leefomgeving veroorzaakt hinder en verstoort activiteiten en slaap. Dat kan leiden tot chronische effecten, zoals hart- en vaatziekten. Naar verwachting zal dit probleem in de komende jaren groeien. GGD’en zetten zich daarom in voor een gezonde leefomgeving met een gezond geluidniveau.

Lees hier meer informatie

Veel factoren beïnvloeden de leefomgeving en de mate waarin de leefomgeving gezond en veilig is. Over een aantal factoren, zoals klimaat, luchtverontreiniging, veehouderij, houtrook, lood in waterleidingen, PFAS, asbest, omgevingsgeluid en windturbines, geven wij een gezondheidsadvies (zie het navigatiemenu).

Windturbines

Wanneer de GGD’en adviseren over windturbines is het uitgangspunt altijd: het bevorderen van een gezonde leefomgeving. Daarbij staat de afweging tussen gezondheidswinst door vermindering van het gebruik van fossiele brandstoffen en lokale onrust en hinder centraal.

Lees hier meer informatie

Veel factoren beïnvloeden de leefomgeving en de mate waarin de leefomgeving gezond en veilig is. Over een aantal factoren, zoals klimaat, luchtverontreiniging, veehouderij, houtrook, lood in waterleidingen, PFAS, asbest, omgevingsgeluid en windturbines, geven wij een gezondheidsadvies (zie het navigatiemenu).

PFAS

PFAS zijn door de mens gemaakte chemische stoffen, die van nature niet in het milieu voorkomen. De afkorting PFAS staat voor poly- en perfluoralkylstoffen. PFAS zijn in veel producten toegepast vanwege hun handige eigenschappen. Maar PFAS kunnen een negatief effect hebben op het milieu en de gezondheid.

PFAS zijn zorgwekkende chemische stoffen: ze breken niet of nauwelijks af in het milieu en ze kunnen schadelijke effecten hebben. Ze kunnen zich gemakkelijk en snel verspreiden en na blootstelling hopen ze op in het menselijk lichaam, in dieren en planten. Daarom is het belangrijk om verspreiding van deze stoffen te blijven aanpakken.

Gezondheidseffecten
Uit onderzoek van het RIVM blijkt dat we alleen al via ons eten en drinkwater méér PFAS binnenkrijgen dan veilig is voor onze gezondheid. De gezondheidskundige grens geeft aan welke blootstelling geen gezondheidsrisico’s geeft en dus nog veilig is. Als je lange tijd meer binnenkrijgt dan die grenswaarde, dan neemt de kans op gezondheidseffecten toe. Dat betekent niet dat je er ook daadwerkelijk ziek van wordt. Dat hangt ook af van veel andere zaken, zoals erfelijke aanleg, leefstijl en of je andere ziekten hebt. Maar het is voor je gezondheid sowieso beter om er zo weinig mogelijk van binnen te krijgen.

Wat kun je doen?
Je kunt zelf weinig doen om PFAS te vermijden. PFAS kan namelijk in voedsel, drinkwater, de bodem en consumentenproducten zitten. Omdat PFAS in meerdere voedselproducten zit, is het goed om gevarieerd te eten, zodat de kans dat je veel PFAS binnenkrijgt kleiner is. En je kunt er op letten dat je consumentenproducten koopt die geen PFAS bevatten. Daarmee help je ook minder PFAS te verspreiden.

Het RIVM adviseert de overheid ervoor te zorgen, dat PFAS minder wordt gebruikt, zodat mensen minder in contact komen met PFAS. En er wordt gewerkt aan een Europees verbod.

Meer informatie
Meer informatie over PFAS is te vinden via GGD Leefomgeving en via het RIVM.

Veel factoren beïnvloeden de leefomgeving en de mate waarin de leefomgeving gezond en veilig is. Over een aantal factoren, zoals klimaat, luchtverontreiniging, veehouderij, houtrook, lood in waterleidingen, PFAS, asbest, omgevingsgeluid en windturbines, geven wij een gezondheidsadvies (zie het navigatiemenu).

Lood

Het metaal lood is makkelijk te bewerken en roest niet. Het wordt al sinds de Romeinse tijd gebruikt voor pijpleidingen, tin en verf. Tot voor kort werd lood ook gebruikt in insecticiden, haarkleurmiddelen en als antiklopmiddel voor benzine. We weten nu dat lood schadelijk is voor onze gezondheid. En vooral voor de gezondheid van kinderen. Daarom zijn al deze toepassingen nu verboden, vervangen of ontmoedigd. Hierdoor is de hoeveelheid lood die we binnenkrijgen behoorlijk afgenomen.

Maar lood wordt nog steeds veel gebruikt, zoals in autoaccu’s, loodslabben, munitie, kabelmantels, stralingsbescherming en in sommige soldeer. Het eeuwenlange gebruik heeft zijn sporen nagelaten in onze leefomgeving. Zo zit in Nederland op veel plaatsen lood in de grond. Vooral in gebieden met oudere gebouwen. Bijvoorbeeld in het centrum van oude dorpen, steden en industriegebieden.

Gezondheidseffecten
Lood heeft geen nuttig effect in ons lichaam. Het is daarom belangrijk dat we zo weinig mogelijk binnenkrijgen, want lood kan lang in ons lichaam blijven. Dat komt doordat het zich opslaat in de botten en daar maar heel langzaam uit vrijkomt. Heb je op kinderleeftijd te veel binnengekregen? Dan kun je ook als je volwassen bent nog te veel van het metaal in je bloed hebben. Dat kan een hogere bloeddruk of chronische nierziekten veroorzaken. Ook op volwassen leeftijd te veel lood binnenkrijgen kan leiden tot een hogere bloeddruk en een grotere kans op nierziekten.

Lood is vooral een risico voor jonge kinderen. Als ongeboren kinderen en jonge kinderen het binnenkrijgen, heeft dat gevolgen voor hun hersenen. Die ontwikkelen zich dan minder goed. Het is daarom belangrijk dat kinderen zo weinig mogelijk lood binnenkrijgen. Dat geldt ook voor zwangere vrouwen en voor vrouwen die zwanger willen worden.

Lood in de bodem
Lood in de bodem kan een probleem zijn als jonge kinderen veel met de bodem in contact komen. Bijvoorbeeld als ze met hun handen in de grond graven en spelen. Ook volwassenen die veel in de (moes)tuin werken en gewassen uit vervuilde grond eten moeten opletten. Waar dat kan, wordt de bodem gesaneerd. Maar dat is niet overal mogelijk of eenvoudig. Je kunt dan wel zelf maatregelen nemen om het contact met lood uit de bodem te voorkomen.

Drinkwaterleidingen van lood
Vroeger werden waterleidingen vaak van lood gemaakt. Dat mag nu niet meer, maar in gebouwen van vóór 1960 kunnen nog loden leidingen voorkomen. Deze leidingen geven het lood langzaam af aan het drinkwater en dat is slecht voor de gezondheid. Zeker in de ochtend, als het water lang heeft stilgestaan, zit er meer lood in het eerste kraanwater. Als je in een ouder huis woont, dan is het goed om uit te zoeken of er nog loden leidingen aanwezig zijn en deze, indien aanwezig, zo snel mogelijk te vervangen. Wanneer de leidingen zichtbaar zijn, dan kun je dat zelf vaststellen. Maar als dat niet kan, omdat ze bijvoorbeeld door een muur lopen, dan kan het drinkwater vrij eenvoudig worden getest.

Advies van de GGD’en
De GGD’en adviseren gemeenten en bewoners hoe ze veilig omgaan met alle vormen van lood in de leefomgeving. Dat varieert van publiekscampagnes, gezondheidskundig advies bij bodemsaneringen en het gebruik van (moes)tuinen, tot een stappenplan voor gemeenten om de resterende loden leidingen aan te pakken. Ook geven de GGD’en advies over het verwijderen van oude verflagen met loodwit en bij hobby’s waar lood wordt gebruikt.

Meer informatie
Meer informatie over lood is te vinden via GGD Leefomgeving en het RIVM (lood in de bodem en in drinkwaterleidingen).

Veel factoren beïnvloeden de leefomgeving en de mate waarin de leefomgeving gezond en veilig is. Over een aantal factoren, zoals klimaat, luchtverontreiniging, veehouderij, houtrook, lood in waterleidingen, PFAS, asbest, omgevingsgeluid en windturbines, geven wij een gezondheidsadvies (zie het navigatiemenu).

Asbest

Het inademen van veel asbestvezels kan leiden tot kanker. Daarom is het verstandig om blootstelling aan asbestvezels in de lucht zoveel mogelijk te beperken. Bij asbestincidenten, zoals een asbestbrand, is het verstandig om direct gezondheidskundige deskundigheid in te schakelen.

Lees hier meer informatie